Mijn standpunt is duidelijk naar mijn kinderen gecommuniceerd: ik sta open voor incidentele oppasmomenten, maar de rol van vaste oppasoma past niet bij mij. De gedachte aan slapeloze nachten en de verantwoordelijkheid voor hun welzijn en verzorging is gewoon te overweldigend voor mij op dit moment.
Het is niet zo dat ik de kleintjes niet wil zien. Integendeel, ik geniet van elk moment met hen, vooral als we samen tijd doorbrengen met hun ouders erbij. Samen koken, spelen, of gewoon genieten van elkaars gezelschap vind ik heerlijk. Die momenten koester ik.
Toch merk ik dat mijn dochter soms worstelt met mijn keuze. Ze zoekt steun en begrip, en hoewel ik er voor haar wil zijn, moet ik ook trouw blijven aan mezelf en mijn behoeften. Het is een evenwichtsoefening tussen betrokken oma zijn en mijn eigen grenzen bewaken.
Ik ben duidelijk over mijn grenzen en verwachtingen en probeer een balans te vinden waar iedereen zich in kan vinden. Misschien, als de kleintjes wat ouder zijn, zal mijn rol natuurlijkerwijs evolueren. Tot die tijd geniet ik van hun bezoekjes, hun knuffels, en ja, ook van mijn teruggevonden vrijheid.
Mijn kinderen en ik respecteren elkaars keuzes, en hoewel ik niet de oppasoma ben die zij misschien voor ogen hadden, weet ik dat mijn liefde voor de kleinkinderen onveranderd sterk is. Elk gezin vindt uiteindelijk zijn eigen weg, en dit is de onze. Ik voel me comfortabel met deze keuze en ben dankbaar voor de begripvolle band die ik met mijn kinderen en kleinkinderen heb opgebouwd.